25 jaar na de dodelijke schietpartij
11 januari 1999
Ook de Sleeuwijkse Froukje Schuitmaker overlijdt aan haar verwondingen. Diezelfde avond worden de verdachten - de broers Fuat Ö. en Zaim Ö. en hun zwager Osman Ö. - gearresteerd.
Een paar dagen later, op 14 januari, wordt Marianne Roza begraven. Diezelfde dag wordt het moordwapen gevonden, in het Turkse theehuis Arabesk Achter de Kerk.
16 januari 1999
Zo'n 25.000 mensen lopen mee met de indrukwekkende stille tocht in de Zuid-Hollandse vestingstad. Knisperend folie van duizenden bloemen die in de lucht worden gestoken, zorgt voor kippenvel bij de mensenmassa in Gorinchem. Dat geluid is nog steeds onlosmakelijk verbonden aan de herinnering aan het protest tegen ‘zinloos geweld’.
16 januari 1999 is ook de dag dat Froukje Schuitmaker wordt begraven.
29 maart 1999
In de Kerksteeg wordt een reconstructie gemaakt van de schietpartij. Ook gebeurtenissen die vooraf gingen aan de schietpartij, bijvoorbeeld in de coffeeshop van verdachte Zaim Ö., worden meegenomen in de reconstructie van de schietpartij die aan twee mensen het leven kostte.
15 april 1999
Op 15 april 1999 gaat de rechtszitting van start. De zaak is niet alleen in de rechtbank van Dordrecht te volgen, maar ook via een videoverbinding in het stadhuis van Gorinchem. Ook de volgende dag wordt de zaak behandeld in de rechtbank. Tegen de verdachten wordt twintig jaar cel geëist.
Bij een volgende zitting geeft de rechtbank aan een onderzoek te willen naar de geestelijke gesteldheid van de verdachten. Bij een zitting in juli 1999 blijkt dat alle drie de mannen toerekeningsvatbaar worden bevonden na onderzoek in het Pieter Baan Centrum.
Mensen die de rechtszaak bekijken in het Gorcumse stadhuis worden vooraf gefouilleerd.
3 augustus 1999
De uitspraak van de rechtbank volgt uiteindelijk op 3 augustus 1999. De verdachten Fuat Ö. en Zaim Ö. krijgen beiden 16 jaar cel opgelegd. Osman Ö. krijgt te horen dat hij 9 maanden naar de gevangenis moet. Hij staat echter zes dagen na de uitspraak weer buiten, omdat hij sinds januari al in voorrarest had gezeten.
28 september 1999
In Den Haag wordt op 28 september 1999 de eerste landelijke stille tocht tegen zinloos geweld gehouden. Zo'n 2000 mensen lopen mee, onder wie mensen die voor deze zaak aandacht willen vragen. Op spandoeken prijken de namen van de slachtoffers.
13 maart 2000
Het gerechtshof in Den Haag buigt zich in maart 2000 over de Bacchus-zaak en trekt daarvoor vijf dagen uit. Osman Ö. is niet aanwezig bij de zitting. Tijdens de eerste zittingsdag blijkt dat de hoofdportier de politie op het spoor heeft gezet van Zaim, Fuat en Osman. Het Openbaar Ministerie eist ook nu twintig jaar cel tegen Zaim en Fuat, en zestien jaar tegen hun neef Osman.
Op 29 maart blijkt dat het gerechtshof de straf van zestien jaar voor de twee broers, die eerder door de Dordtse rechtbank werd opgelegd, handhaaft. Ook Osman krijgt dezelfde straf te horen: 9 maanden cel, omdat hij niet wordt gezien als medepleger van doodslag. De advocaten van de broers kondigen gelijk aan in cassatie te gaan. Maar ook bij een zitting bij de Hoge Raad houden de opgelegde straffen stand.
10 januari 2004
De Gorcumse horeca houdt een minuut stilte, precies vijf jaar na het drama bij het café in de Kerksteeg. In het Stiltecentrum in de toren van de Grote Kerk is een moment en in buurthuis De Haarhorst is een klein muziekfestival. Vijf jaar na de gebeurtenis leeft de herinnering nog sterk. De jaren erop zullen er nog herdenkingen volgen in kleinere kring.